Herhaalde rapportages vanuit het binnenland over de vervuiling van het drinkwater aldaar, baren ambtenaar meneer Wani F Jepi zorgen. Hij bespreekt dit met de leidinggevende van zijn ministerie en krijgt groen licht om te bekijken wat de mogelijke oplossingsmodellen kunnen zijn. Alvorens over te gaan tot het schrijven van een projectvoorstel besluit meneer Jepi eerst contact te leggen met het dorp Meni Bifo Idu waarvan hij vernam dat de drinkwatersituatie aldaar vrij ernstig is.
Het leggen van contact en het maken van een afspraak
Meneer Jepi komt via het Bureau van KAMPOS (voor marrons en VIDS voor Inheemse volken) aan het nummer van de Kapitein van het dorp Meni Bifo Idu. Tijdens het telefoongesprek met kapitein Nowtu vertelt meneer Jepi dat hij vanuit rapportage die op het ministerie is ontvangen, vernomen heeft dat de situatie met betrekking tot het drinkwater van het dorp vrij ernstig is. Kapitein Nowtu bevestigt de rapportages. Meneer Jepi geeft aan dat het ministerie samen met het dorp wil bekijken wat de mogelijke oplossingen voor het drinkwater probleem kunnen zijn. Hij informeert bij kapitein Nowtu wanneer een delegatie van het ministerie door het dorp ontvangen kan worden.
Kapitein Nowtu geeft aan dat zij in overleg met haar dorpsbestuur een datum voor de ontmoeting zal bepalen, waarna zij meneer Jepi op de hoogte zullen stellen van hun besluit. Meneer Jepi belooft om het verzoek van het ministerie om door het dorp ontvangen te worden en hetgeen besproken is tijdens het telefonisch contact in een brief samen te vatten. Kapitein Nowtu geeft aan dat de brief aan het dorpsbestuur gericht kan worden.
Kapitein Nowtu roept het dorpsbestuur bijeen om het gesprek met meneer Jepi aan hen voor te leggen. Het dorpsbestuur staat open voor een bezoek van een delegatie van het ministerie en bespreekt gezamenlijk een geschikte datum hiervoor. Het dorpsbestuur geeft aan dat het betrekken van Nowilla, als tolk, noodzakelijk is. Zij dient bij alle gesprekken en bijeenkomsten aanwezig te zijn. De kapitein informeert meneer Jepi hierover.
De uitwisseling van informatie
Op de afgesproken datum brengen meneer Jepi, de overige delegatieleden van het ministerie en Nowilla een bezoek aan het dorp Meni Bifo Idu. De delegatie wordt ontvangen door kapitein Nowtu en het dorpsbestuur. Tijdens de bespreking komt naar voren dat het ministerie nota genomen heeft van de situatie rond het drinkwater van het dorp en dat het ministerie gezamenlijk met het dorp naar mogelijke oplossingen van het probleem wil zoeken. Tijdens deze bespreking wordt er met het dorpsbestuur gebrainstormd over een mogelijke aanpak van het probleem. De kapitein geeft aan dat zij meer informatie wenst te krijgen over besproken oplossingsmodellen zodat zij samen met haar gemeenschap kan nagaan welk model het beste aansluit bij de behoefte van de gemeenschap.
Een informatiesessie met deskundigen op het gebied van watervoorziening vindt plaats. Ook Nowilla is erbij. De aanwezigen krijgen gelegenheid om alle vragen te stellen. Ook Johannes, die oorspronkelijk uit een ander dorp komt, krijgt de ruimte om de ervaringen van zijn dorp met één van de modellen, te delen. De kapitein krijgt vóór het vertrek van de deskundigen nog een mobielnummer zodat vragen die achteraf nog opkomen alsnog telefonisch gesteld kunnen worden. Tevreden besluiten de aanwezige dorpelingen de volgende dag onderling nog eens alles door te spreken.
Die bespreking wordt afgesloten met een projectidee om dorpskranen te plaatsen, maar met dien verstande dat het idee toch nog eerst door het dorpsbestuur met de rest van het dorp zal worden besproken. Ook besluiten zij verantwoordelijken aan te wijzen die belast zullen zijn met het project. Dit team bestaat uit mannen en vrouwen.
Het projectbestuur roept een krutu bijeen om het projectidee van de dorpskranen te bespreken. De vrouwen die de bulk van het huishoudelijk werk doen, zijn razend enthousiast en geven de meest geschikte locaties voor de te plaatsen dorpskranen aan. De jongeren vragen ook naar een dorpskraan naast het voetbal/ slagbalveld. Dorpsbewoners zijn ook benieuwd naar de kwaliteit van het water en in hoeverre het water gezuiverd wordt of als het om het rivierwater gaat dat vervuild is.
Het dorpsbestuur belooft om de vragen en bezorgdheden van de dorpsbewoners aan het ministerie voor te leggen en hen nu uit te nodigen voor een informatiebijeenkomst met het dorp.
Het besluitvormingsproces
De delegatie van het ministerie bereidt aan de hand van de vragen en suggesties van dorpsbewoners een presentatie voor. Tijdens de presentatie is er voldoende ruimte voor dorpsbewoners om vragen te stellen. De delegatieleden stellen ook specifieke vragen aan de vrouwen omdat het de vrouwen zijn die veel gebruik zullen maken van de nieuwe voorzieningen. De vrouwen voelen zich gehoord en gesterkt en geven aan dat zij ook betrokken willen worden bij het beheren van de voorzieningen. Aan de hand van de input van de goed geïnformeerde dorpsbewoners wordt een projectvoorstel uitgewerkt. Dit projectvoorstel wordt zowel binnen het ministerie als in het dorp besproken.
Afspraken met betrekking tot de monitoring en evaluatie van het project, de behandeling van geschillen en de overwegingen met betrekking tot duurzaamheid van het project
Nadat er consensus is bereikt over het projectvoorstel wordt er een M.O.U. tussen het ministerie en het dorp ondertekend. Belangrijk in de M.O.U. zijn de afspraken over uitvoering van het project, het bedrag dat daarmee gepaard gaat, hoeveel personen uit het dorp betrokken zullen worden bij de uitvoering van het project, de kwaliteit van het water, monitoring, evaluatie, behandeling van geschillen en overwegingen met betrekking tot duurzaamheid van het project, etc. Voor het aanmelden en behandelen van geschillen wordt nog eens apart gesproken over hoe dat het beste kan plaatsvinden. Namelijk wordt er rekening gehouden met de toegang van vrouwen tot het geschillenorgaan. Zij reizen immers niet vaak naar de stad zoals de mannen en hebben niet altijd mobielbereik.
Voornoemde scenario schetst een ideaalbeeld van een effectieve engagement strategie, waarbij de basisprincipes aanwezig zijn, zoals:
- Respect
- “Ownership” en “leadership”
- Capaciteitsversterking, empowerment
- Rights-based
- Volledige informatieverstrekking
- Effectieve participatie
- Vertrouwen
- Cultuurgevoeligheid
- Gendergevoeligheid
- Andere overwegingen zoals FPIC